Welkom / Werk / Tekst / Links / Publicaties / Contact
SPREKEN OVER KUNST: INLEIDING OF AFLEIDING?
Ter gelegenheid van de opening van de
tentoonstelling van Marijke de Wit
Grünerie, Oegstgeest, 2017
Over kunst spreken met
de intentie om haar daardoor beter te begrijpen is een hachelijke, misschien
wel onmogelijke zaak: beeldende kunst ‘begrijpen’ doen we met ons oog (ons
vermogen om te kijken), zoals we ook muziek (al of niet) ‘begrijpen’ met ons oor.
Dat is op zichzelf al een creatief proces. Maar wat we dan tenslotte
‘begrijpen’ valt moeilijk in woorden en begrippen te vatten.
Dat is wellicht de
reden dat men nog wel eens bij een opening zijn toevlucht neemt tot het spreken
over de kunstenaar, over zijn of haar artistieke carričre en over invloeden,
waar het werk kunsthistorisch gezien uit voort is gekomen, ‘waar het uit
is ontstaan’. Ik zal dat niet doen,
want de vraag waar een bepaald kunstwerk of oevre van een kunstenaar uit
is ontstaan kunnen we ook op een heel andere manier benaderen dan
kunsthistorisch. Die benadering gaat uit van het besef dat de kunstenaar een
soort ontdekkingsreiziger, een onderzoeker is, die een nieuwe of vergeten,
maar verrijkende wijze van zien of beleven op het spoor is, een wijze van
zien, horen of beleven, een wijze van in de wereld staan, die ons zicht
verdiept en verrijkt, en die de werkelijkheid verder onthult. Niet om wat
we zien, horen of beleven gaat het hierbij, maar om een wijze van zien, om hoe
we iets zien, horen of beleven.
Om dat ‘hoe’ te
ontdekken en uit te drukken schept de kunstenaar het kunstwerk. En als dat
lukt, dan geeft dat een diepe vreugde. Die ontdekking en die vreugde willen we
delen met anderen. Om dat ‘hoe’ te communiceren laat de kunstenaar ons het
kunstwerk zien: “Kijk! Zó”. Hoe? “Zó!”. Het zogenaamde ‘onderwerp’ van een
beeldend kunstwerk is het middel om ons te verleiden, uit te dagen tot
een bepaalde manier van kijken. Zo ontsluit de kunstenaar een wijze van
ervaren van de fundamentele rijkdom van de wereld van de
verschijnselen.
En hoe staat het met
ons als kijker naar beeldende kunst? Zoals ik al zei, ook wij als toeschouwers
gaan door een creatief proces. Dat proces begint met een zich open stellen, met
onbevangenheid, nieuwsgierigheid ook. Tegelijk hebben wij door de jaren heen
ook onze eigen wijzen van kijken ontwikkeld, die in dit creatieve proces
meespelen. En zo wordt (ons kijken naar) het kunstwerk het raakvlak, het
speelveld, waar de visie van de kunstenaar en die van ons elkaar ontmoeten
en zich met elkaar mengen.
Misschien valt dus
niet over het kunstwerk zelf, maar wel over die ontmoeting iets te zeggen. Laat
ik dat illustreren aan de manier van kijken, waartoe het werk van Marijke mij
althans uitnodigt. Aan de ene kant zijn
er de zichtbare schilderijen, waar het schilderplezier, en het genoegen
in het uitbundig en virtuoos werken met kleur vanaf spat.
Maar aan de andere
kant - de diepere kant - die ons uitnodigt tot een wijze van kijken - is
dat haar werk mij lijkt uit te nodigen het verborgene in het zichtbare te zien.
Het zichtbare, dat ook heel transparant is geschilderd, verwijst naar het
verborgene; het verborgene in de zin van de intimiteit achter de dingen, de
verborgen, en soms nauwelijks grijpbare aanwezigheid van het geluk.
Het verlangen naar
intimiteit kennen wij allemaal, het is een diep verlangen in ons bestaan. De
schilderijen van Marijke de Wit tonen mij dat deze intimiteit te vinden is in een
wijze van zien van de werkelijkheid.
Daarom is het ook een
heel gelukkig feit, dat haar schilderijen nu in de Grünerie worden geëxposeerd.
Dat niet alleen omdat deze ruimte, een menselijke en bewoonde ruimte is, maar
in dit geval óók omdat er in deze ruimte nog een ander bijna verborgen spel met
haar werk gaande is in de vorm van een aantal kleine plastieken, die door hun
eigen transparantie met Marijke’s werk een speels verband aangaan. Ze zijn incognito,
maar herkenbaar van de hand van Auke de Vries.
Voordat we nu ons open
oor te luister leggen bij wat de musici ons te vertellen hebben, wens ik u en
de kunstenaars een inspirerend verblijf toe. De tentoonstelling is geopend!
Han de Wit, 7
mei 2017